Beste vrienden,
Hieronder vind je de meditatievoorbereiding voor zondag 4 februari 2018.
De meditatie gaat door in ‘de nieuwe pastorie’, Stalijzerstraat 19 te Brugge.
Vanaf 10u00 tot 12u15.
Bijdrage 4 euro, thee 0,5 euro.
Hartelijke groet,
Ivan.
De tekstfragmenten komen uit het boek;
“DAT WAT IK BEN” De laatste gesprekken met Shri Nisargadatta Maharaj.
Bij elk tekstfragment staat de datum vermeld waarop het gesprek plaats vond.
Zo kun je op een gemakkelijke manier het volledige gesprek terugvinden.
Je weet dat je er bent, wees er gewoon. (30 november 1980)
Je hoeft niets te verwerven, Jij bent Dat. (27 september 1980)
Het zijn is spontaan verschenen.
Je weet nooit van tevoren, nu ga ik zijn.
Het is gewoon gebeurd. (04 mei 1980)
Wees alleen maar, overstijg het zijn.
Jij bent het Absolute.
Als je dit goed begrepen hebt,
komt er een soort rust, een kalmte. (19 april 1980)
Het lichaam wordt geboren, neemt zijn plaats in en gaat dan weer,
maar het Absolute wordt niet beïnvloed.
Die eeuwige staat blijft overeind, ondanks alle gebeurtenissen. (27 juni 1980)
Welke tastbare en zichtbare wereld er ook is,
alles gaat op in het niets.
Maar dat niets is ook een staat,
dus ook het niets gaat op in het Absolute. (27 juni 1980)
Pauze.
Een jnani heeft geen verlangens of verwachtingen,
voelt niet de aantrekkingskracht om te zijn. (09 mei 1980)
Je honger en dorst naar gelukzaligheid of vreugde zijn volkomen vervuld
en daarom ga je niet langer achter dingen aan. (31 december 1980)
Het grootste probleem met jnani’s die deze kennis via het intellect bezitten,
is hun gehechtheid aan hun relaties en bezittingen. (08 oktober 1980)
Alleen iemand wiens lotsbestemming volledig uitgeput is, komt mij opzoeken.
Er is niets van zijn lotsbestemming overgebleven, die is weggevaagd.
(17 oktober 1980)
Een jnani kan niemand kennis geven.
Het enige wat hij kan doen is je wijzen op je ware aard. (09 mei 1980)
Je ergens mee vereenzelvigen: “Ik ben zus of zo”,
is een belediging van je ware aard. (31 december 1980)
De onwetende wordt erg bang op het moment van de dood, hij worstelt.
Maar voor de jnani is dit het gelukkigste moment. (01 juli 1980)
Je kunt met de situatie vechten, maar je bent de situatie niet. (15 oktober 1980)
Pauze
Het bewustzijn komt spontaan op.
Als ik me eenmaal bewust ben van mezelf weet ik dat ik besta,
en ik hou van dit bewustzijn, ik wil niet dat het zijn van me weg gaat
en dat zorgt ervoor dat ik de hele dag bezig ben
om deze liefde voor het zelf tevreden te stellen,
totdat de slaap me overmant. (13december 1980)
Dan vertelt de goeroe me de ware stand van zaken,
dat dit bewustzijn waar ik zoveel van hou slechts een illusie is.
Het is de fundamentele oorzaak van alle ongeluk,
en mijn ware staat is die voordat dit bewustzijn opkwam.
Dat gaat voorbij concepten en elke naam die je eraan geeft is een concept.
Begrijp dit grondig, intuïtief, voorbij woorden,
maar besef ook dat dat begrip je niet van nut kan zijn,
omdat het op het niveau van bewustzijn speelt,
en bewustzijn is een illusie. (13 december 1980)
Iemand komt hier als een oprechte spirituele zoeker,
dan verschijnt maya met haar verleidingskunsten en weg is hij.
Zal hij durven scheiden van maya?
Nee, hij zal die maya accepteren.
Dat ego (dat ik zus en zo ben) is erg moeilijk kwijt te raken,
maar het ego kan iemand die echt snapt wat ik zeg niet raken. (13 december 1980)